Winge Golf & Country Club investeert in de toekomst

10-01-2022, Bron: Greenkeeper.nl

Een jong greenkeepersteam vol ambitie
Over het algemeen zijn greenkeeperteams een mix van ervaren mannen op leeftijd en jong talent. Het team op Winge Golf & Country Club is echter een uitzondering: de gemiddelde leeftijd van dit team ligt achter in de 20. Wie zorgt er voor het baanonderhoud, wat doen ze anders dan anderen en op welke problemen stuit het team?
Winge Golf & Country Club ligt in het Belgische Hageland, een streek in het oosten van Vlaams-Brabant. De regio kenmerkt zich door de vele hellingen en dat is ook in de golfbaan goed terug te zien. Winge Golf & Country Club is aangelegd in 1988, naar een ontwerp van Peter Townsend. De baan ligt in een gebied van zo’n 70 hectare en omvat achttien holes (par-72), vier par-3-oefenholes en een drivingrange. Chris Morton staat, samen met de families Donck en Morton/Santens, sinds 2011 aan het roer op Winge. Dezelfde families zijn ook eigenaar van Damme Golf & Country Club, een baan in het westen van België. Beide banen werken veelvuldig samen en wisselen onder meer machines uit; ook hebben ze dezelfde coursemanager.

Het team op Winge bestaat uit vier vaste greenkeepers en een coursemanager. In de zomer wordt het aangevuld met twee seizoenskrachten. De coursemanager is Marc Vandevijvere, die overkoepelend op Winge, maar voornamelijk in Damme werkt. De hoofdgreenkeeper op Winge is Ruben Vanderborght (31), die er sinds 2017 werkzaam is. Vanderborght werkte voorheen op Millennium Golf en vertrok daarna naar Royal Limburg Golf in Houthalen, op een steenworp afstand van zijn woonplaats. Toen hij echter bij Winge de kans kreeg om aanvullende cursussen te volgen, maakte hij de overstap daarnaartoe. Vanderborght: ‘Ik ben hier begonnen omdat ik de cursussen assistent-hoofdgreenkeeper en hoofdgreenkeeper mocht volgen aan de HAS. In 2019 heb ik de cursus assistent afgerond, een jaar later die van hoofdgreenkeeper. De mogelijkheid om cursussen te volgen vond ik erg interessant. In België zijn vrij weinig greenkeepers met een diploma. We proberen meer jongens hier een opleiding te laten volgen.’

Naast Vanderborght zijn Roeland Robeet (22), Steffe Sente (22) en Sonny Bruyninckx (32) vast werkzaam als greenkeeper op Winge, waarmee de gemiddelde leeftijd een stuk lager ligt dan op de meeste andere golfbanen. Vanderborght: ‘We hebben een vrij jong team. Steffe en Roeland werken hier sinds ze van school kwamen, Sonny werkt hier nu een jaar.’ De jonge greenkeepers zijn nog volop in de leer. Roeland Robeet volgt momenteel de cursus assistent-hoofdgreenkeeper aan de HAS en Steffe Sente wordt opgeleid tot mecanicien.

Grote plannen
De laatste jaren is er fors geïnvesteerd op de golfbaan van Winge. Er is onder meer een volledig nieuw clubhuis gebouwd, waardoor het traditionele clubhuis, in een kasteel aan de vijver, niet meer in gebruik is. Ook is er een geheel nieuwe drivingrange aangelegd. Voorheen was de drivingrange gelegen aan de vijver; de ballen bleven drijven in het water. Inmiddels is er een moderne range met targets. De greenkeepers hebben bovendien een geheel nieuwe loods gekregen. Een hele verbetering ten opzichte van de oude situatie, toen hun machines bij een nabijgelegen boerderij stonden. Er zijn nog veel meer investeringsplannen, vertelt Vanderborght. ‘Er zijn plannen voor een totale renovatie van de golfbaan. Daarbij gaan we alles veranderen: de greens, tees, fairways en ook de beregening. De vergunningen voor de renovatie zijn er nog niet, dus dit kan nog wel even duren.’ Voor Vanderborght waren de renovatieplannen ook een reden om naar Winge over te stappen, vertelt hij. ‘Daar was in 2017 al sprake van. Het lijkt me heel interessant om zo’n groot project vanaf nul mee te maken.’
De hoogteverschillen maken Winge uniek, maar ook verraderlijk
Om die radicale verandering aan de golfbaan te begrijpen, moeten we wat nadrukkelijker naar de baan kijken. Winge ligt in de bossen tussen de heuvels. Door de hoogteverschillen zijn er veel blind shots en verschillende fairways liggen scheef. ‘Er zijn een paar holes oneerlijk, die liggen scheef’, legt Vanderborght uit. ‘Als je nu in de zomer links op de fairway slaat en het is droog, dan eindigt je bal op sommige holes helemaal rechts op de fairway. Dat is eigenlijk niet eerlijk. De hoogteverschillen in de baan zijn heel mooi. Maar nu het najaar is en nat wordt, begint het ook gevaarlijk te worden.’

Met de tijd mee
Ook de beregening is aan vernieuwing toe; deze ligt er al sinds de opening van de baan in 1988. Slechts drie fairways hebben fairwayberegening, de overige niet. Net als veel andere banen heeft Winge een goede groeizomer achter de rug. De jaren ervoor was het opmerkelijk droger en dat was in de baan goed terug te zien. ‘Het was toen “bruin is het nieuwe groen”‘, zegt Vanderborght. ‘Dat is ook niet te vermijden als je geen beregening hebt. Het huidige systeem is echt op, de leidingen zijn zelfs nog van pvc. Maar zelfs als je beregening hebt, is het soms moeilijk om de baan in het zomergroen te houden.’
‘In de droge zomers was het hier meer bruin dan groen’

Sparringpartner
Vanderborght werkt bij het onderhoud nauw samen met Marc Vandevijvere, die op twee banen coursemanager is. De hoofdgreenkeeper maakt de weekplanning, maar de grote lijnen en budgetten worden afgestemd met de coursemanager. Vanderborght: ‘Marc is meer aanwezig op Damme, maar komt hier af en toe langs en dan lopen we samen door de baan. Marc ziet altijd weer dingen die wij niet zien, omdat we eroverheen kijken. Ik vind het wel fijn om met een coursemanager te werken: je hebt iemand om op terug te vallen. Marc is veeleisend, maar rechtvaardig en heeft meestal ook gelijk’, zegt hij lachend.
Leermeester en leerling
Vandevijvere is op de dag van het interview niet aanwezig, maar wil desgevraagd wel telefonisch wat meer vertellen over de manier van werken op Winge en Damme. ‘Op dit moment is ons doel om zo weinig mogelijk fungiciden te gebruiken en we streven naar een zo ecologisch mogelijk onderhoud’, legt hij uit. ‘Natuurlijk is dat niet altijd eenvoudig, zeker niet in de tijd dat de baan kwetsbaar is voor dollarspot en Fusarium. Maar tot nu toe zijn we er elke keer doorgesparteld.’
Vanderborght en Vandevijvere kennen elkaar al van de tijd op Millennium Golf. Vanderborght stond toen nog aan het begin van zijn loopbaan als greenkeeper. Op Winge heeft Vanderborght ook nog drie jaar onder directe leiding van Vandevijvere gewerkt, alvorens hij coursemanager werd op de twee banen. Hij is zeer te spreken over zijn manier van werken. Vandevijvere: ‘Ruben is een heel gemotiveerde greenkeeper, die in korte tijd via scholing is doorgegroeid tot hoofdgreenkeeper. Hij heeft drie jaar onder mij gewerkt op Winge en mijn visie gevolgd in de aansturing. Dat betekent heel gestructureerd werken met een planning en precies weten wat je ’s ochtends gaat doen. Zijn job als hoofdgreenkeeper doet hij heel goed, ik ben 200 procent tevreden. Het gaat zelfs zo goed dat ik bijna niet meer op Winge hoef te komen: maar één keer per week. Op Damme heb ik meer werk, dus daar ben ik nu het meest aanwezig om daar iemand helemaal op te leiden.’

Ook bij de keuze voor graszaden en bemesting wordt overlegd tussen hoofdgreenkeeper en coursemanager. Er wordt regelmatig van graszaden gewisseld voor een variërend grasbestand. De bemesting op Winge is vloeibaar; er wordt gespoten op basis van zeewier. Hoofdgreenkeeper Vanderborght heeft verder regelmatig contact met baaneigenaar Chris Morton. ‘Hij is heel vlot’, vertelt Vanderborght. ‘Als wij iets in de baan willen veranderen, zoals het aanpassen van een tee, dan hoeft dat niet langs een raad van bestuur of ledencommissie. We bespreken dit met Chris en komen dan samen tot een akkoord. Dat is een groot voordeel.’

Liever bodem dan budgetten
In het hoogseizoen start de werkdag van de greenkeepers om zes uur; daarna werken ze ‘met de zon mee’ en beginnen ze steeds later, tot acht uur in hartje winter. Vanderborght is een hoofdgreenkeeper die zelf het liefst veel op de baan is. ‘Liefst ben ik zelf bezig op de baan, niet alleen achter de computer. Al gaat dat helaas niet altijd. Bij de cursussen aan de HAS vond ik de opleiding tot assistent, waarbij de nadruk meer op bodem en bemesting lag, eigenlijk ook interessanter dan die tot hoofdgreenkeeper. Daarbij kwam het meer op personeel en budgetten aan. Al is dat natuurlijk ook nodig.’ De greenkeepers laten de werkzaamheden onderling zoveel mogelijk rouleren. Het uitgangspunt is om iedereen alles te laten doen, van maaien en holes zetten tot prikken.

Mensenwerk
De greens op Winge worden met een Jacobsen GP400 triplex gemaaid; alleen op greens die problemen hebben, wordt er met de hand gemaaid. Op elke machine kan een bladblazer meegenomen worden. Als er in de zomer ergens veel gras blijft liggen – op de greens, tees of semi-rough rond de greens -, wordt dat uiteen geblazen en schoongereden. Met de hand maaien op alle greens is wel iets wat Vanderborght ooit ambieert. ‘Mij lijkt het wel beter; op Houthalen werkten we ook zo. Maar het moet natuurlijk ook haalbaar zijn. In de zomer zijn we hier maar met zes personen.’ De andere werkzaamheden worden met Toro-machines gedaan; bijna de hele loods kleurt rood. De greenkeepers hier mogen niet klagen over de hoeveelheid materieel, zegt Vanderborght. ‘We hebben eigenlijk alles, al staat het niet allemaal hier. Damme en Winge werken samen, dus we wisselen weleens machines uit. De Toro Procore en een Vertidrain delen we bijvoorbeeld.’
‘Een greenkeeper op een maaier ziet altijd nog dingen die een robot niet ziet’
De machines worden zoveel mogelijk zelf onderhouden. Steffe Sente wordt opgeleid tot mecanicien, zodat hij in de winter aan de machines kan werken. Verder worden de machines, afhankelijk van waar ze aangeschaft worden, onderhouden door VDB Technics uit Genk of Firma Thomas. Met robots wordt op Winge overigens nog niet gewerkt. Vanderborght hierover: ‘Ik denk dat er in de toekomst wel robots zullen komen. Voor nu ben ik er nog niet zeker van. We zitten hier tussen de bomen en dan is gps-ontvangst nog weleens een probleem. Wellicht zijn ze daar over vijf of tien jaar verder mee. Ik denk toch dat een greenkeeper op een maaier dingen ziet die een robot niet ziet. Misschien wordt ook dat in de toekomst beter, maar hier houden we het voorlopig bij greenkeepers’, lacht hij.

Medicijnkastje
We bezoeken de baan eind oktober. Vanderborght vertelt dat er in deze tijd zeven dagen per week gesweept wordt. Een antidauwmiddel wordt niet snel meer gebruikt, na een slechte ervaring in het verleden. Mochten er na alle voorzorgsmaatregelen alsnog schimmels de kop opsteken, dan kan er in geval van nood gespoten worden. Vanderborght: ‘We hebben iets staan voor noodgevallen, maar we spuiten nooit zomaar. Het is ook een duur product. Bepaalde fungiciden mogen we nog spuiten. In Wallonië mag dat niet meer en in de toekomst hier wellicht ook niet meer. Al denk ik dat Golf Vlaanderen zal proberen voor elkaar te krijgen dat we altijd iets achter de hand mogen houden. Het IPM-idee: je toont aan dat je alles gedaan hebt; als je dan nog last hebt, mag je spuiten. Geen Fusarium zonder fungiciden zal een grote uitdaging worden, al kan ik natuurlijk niet voor andere banen spreken.’

Onkruiden worden op de greens met een mes uitgestoken. Op de fairways wordt er eenmalig pluksgewijs tegen gespoten in het voorjaar. Vanderborght: ‘We hebben één fairway waarvan we weten dat daar veel onkruiden in komen, dus die spuiten we één keer en daarna is het ook klaar.’

Valkenier
Wekelijks komt een valkenier langs om de kraaien te verjagen.
Om de biodiversiteit te bevorderen, worden diverse maatregelen genomen. Er zijn poelen aangelegd en er zijn onder meer een insectenhotel en een bijenkast gemaakt. Daarnaast zijn in de baan spreeuwenkasten opgehangen en diverse uilenkasten. De rough die buiten het spel ligt, krijgt bovendien de ruimte om te groeien. Ongewenste vogelsoorten zijn er ook op Winge; met name de kraaien op de greens kunnen hinderlijk zijn. Vanderborght vertelt dat hiervoor met een valkenier samengewerkt wordt. ‘Hij komt regelmatig met een roofvogel om rond te wandelen en de kraaien te verjagen. Tot nu toe hebben we nog geen schade, dus dat lijkt wel te helpen. Hij probeert twee keer per week langs te komen; dat is een goede samenwerking.’

Herfstkleuren
Het moet voor de greenkeepers wat vreemd zijn om een golfbaan te onderhouden die binnen afzienbare tijd mogelijk volledig op de schop gaat. Voor Vanderborght is de motivatie er echter niet minder om. ‘Natuurlijk houden we daar wat rekening mee, bijvoorbeeld met doorzaaien, maar we weten ook dat het nog jaren kan duren. Nu begint bijvoorbeeld het blad te vallen; dan weten we wat ons te doen staat. We blazen en rapen het altijd weg, elke dag weer. De ambitie blijft om de baan er te allen tijde zo goed mogelijk bij te hebben liggen. In deze tijd van het jaar met al die herfstkleuren is het schitterend om hier te werken.’

 

 

Foto’s:

  1. Het greenkeepersteam.
    Boven: Sonny Bruyninckx, Steffe Sente en Ruben Vanderborght. Onder: Roeland Robeet en seizoenskracht Arturo de Bernardi
  2. Glooiingen en bos typeren Winge
  3. Hoofdgreenkeeper Ruben Vanderborght
  4. Het nieuwe clubgebouw
  5. De nieuwe drivingrange
  6. De fairway van hole 11
  7. De baan kenmerkt zich door veel blind shots, zoals hier op hole 17
  8. Hole 6, aan de overkant van de openbare weg, heeft juist een open karakter
  9. De loods kleurt rood: er wordt vooral met Toro gewerkt
  10. Een insectenhotel langs de baan